1 Corinthians 11:29

77) een oordeel,

Dat is, ene schuld of straf. Zie Matth. 23:14; Luk. 23:40; Rom. 2:3, en Rom. 5:16, en Rom. 13:2; Jak. 3:1. Hetwelk verstaan wordt, •f van de eeuwige straffen ten aanzien van de huichelaars; •f van de tijdelijke kastijdingen ten aanzien van de gelovigen, het Avondmaal niet waardiglijk gebruikende, gelijk hierna verklaard wordt 1 Cor. 11:30.

Mt 23.14 Lu 23.40 Ro 2.3 5.16 13.2 Jas 3.1 1Co 11.30

78) niet onderscheidende het

Dat is, dewijl hij geen onderscheid maakt tussen het brood des Avondmaals, hetwelk een heilig teken is van des Heeren lichaam, en tussen algemene spijs; en alzo zonder beproeving en eerbiedigheid hetzelve eet, gelijk ander algemeen brood.

Copyright information for DutKant