1 Corinthians 14:11

32) de kracht der stem

Dat is, de beduidenis van hetgeen gesproken wordt niet versta.

33) barbaars zijn;

Dat is, een mens van onbekende taal. De Grieken en Romeinen noemden alle andere nati‰n, die hunne taal niet spraken of verstonden, Barbaren. Zie Hand. 28:2,4; Rom. 1:14; Col. 3:11.

Ac 28.2,4 Ro 1.14 Col 3.11

34) bij mij barbaars zijn.

Gr. in mij.

Copyright information for DutKant