1 Kings 11:7

15) hoogte

Zie Lev. 26:30.

Le 26.30

16) Kamos,

De naam van een afgod der Moabieten en Ammonieten, van denwelken zie ook Num. 21:29; Richt. 11:24; Jer. 48:7. Dezen met de twee afgoden, gemeld 1 Kon. 11:5, heeft de vrome koning Josia weggenomen; 2 Kon. 23:13.

Nu 21.29 Jud 11.24 Jer 48.7 1Ki 11.5 2Ki 23.13

17) der Moabieten,

Die daarom het volk van Chemos genaamd worden; Num. 21:29.

Nu 21.29

18) berg,

Namelijk, den Olijfberg. Van denwelken zie 2 Sam. 15:30, en wordt genaamd, 2 Kon. 23:13, de berg Maschith, dat is, des verdervers, omdat de Joden zich daar door afgoderij verdierven.

2Sa 15.30 2Ki 23.13

19) Molech,

Ook Milcom genaamd, boven, 1 Kon. 11:5.

1Ki 11.5

2 Kings 23:13

42) Mashith,

Anders, des verdervers. Versta, den Olijfberg, gelegen bij Jeruzalem, hier genaamd de berg van Mashith; dat is, des verdervenden, of des verdervers, omdat de Joden zich daar door afgoderij verdierven. Anders heet hij de berg Mischah, dat is, der zalving, omdat daarop vele olijven wiessen, van welke de zalfolie gemaakt werd; zulks dat tussen beide de namen kleine ongelijkheid is in de letters, maar groot in de betekenis. Zie 1 Kon. 11:7.

1Ki 11.7

43) Astoreth,

Deze naam met de twee volgende, Kamos en Milkom, zijn namen van afgodische beelden. Zie van Astoreth Richt. 2:13.

Jud 2.13

44) Kamos,

Zie 1 Kon. 11:7.

1Ki 11.7

45) Milchom,

Zie Lev. 18:21.

Le 18.21
Copyright information for DutKant