Ezekiel 1:24

99) geruis hunner vleugelen,

Dit velerlei geluid betekent eensdeels een heilige toestemming en lofzegging der engelen, anderdeels dat de oordelen Gods, die Hij tegen de goddelozen door zijne engelen uitvoert, zeer schrikkelijk zijn, zulks dat een ieder zich daarvoor moet ontzetten.

100) de stem des Almachtigen,

Versta hierbij, wanneer Hij spreekt, uit onder Ezech. 10:5. Sommigen verstaan het van het geklater of gerommel van den donder. Zie Ps. 29:3.

Eze 10.5 Ps 29.3

101) stonden,

Zie boven Ezech. 1:21.

Eze 1.21

Ezekiel 43:2

1) heerlijkheid des Gods van Isra‰l

Die tevoren uit den tempel was verhuisd; zie boven Ezech. 1:28, en Ezech. 10:4,18,19, met de aantekening, en vergelijk Mal. 3:1.

Eze 1.28 10.4,18,19 Mal 3.1

2) stem was als het geruis

Of, geluid, gedruis.

3) vele wateren,

Of, grote; vergelijk boven Ezech. 1:24, waar de majesteit Gods, als een rechter, zich vertoonde, gelijk hier integendeel tot een teken van genade en weldadigheid, als die wederkwam om in zijn huis te wonen, en dat volkomenlijk te herstellen en te zegenen; zie het volgende.

Eze 1.24

4) verlicht van Zijn heerlijkheid.

Hebreeuws, gaf licht, of, blonk; vergelijk Openb. 18:1, en Openb. 21:23, en zie Jes. 60:19,20, enz.; Matth. 4:16; Hand. 13:47; 2 Cor. 3:18, en 2 Cor. 4:6, enz. Enigen verstaan dat het licht gesteld wordt tegen de wolk van het Oude Testament. Zie 1 Kon. 8:10,11,12.

Re 18.1 21.23 Isa 60.19,20 Mt 4.16 Ac 13.47 2Co 3.18 4.6 1Ki 8.10,11,12

Revelation of John 1:15

Revelation of John 14:2

5) En ik hoorde een stem

Enigen verstaan door deze stem, de stem van de getekenden zelf, die de apostel eerst van verre, en daarna van nabij, allengskens nader komende, heeft gehoord. Doch daar in Openb. 14:3 wordt gezegd, dat dit gezang niemand kon leren, dan deze getekenden, zo wordt dit gevoegelijker verstaan van de stem der talloze menigte dergenen, die in den hemel rondom ten troon Gods tevoren reeds stonden, en God dag en nacht loofden, van welke Openb. 7:9 is gehandeld, bij welke deze 144.000 zich ook hebben gevoegd, nadat zij ten tijde van den antichrist allengskens uit de strijdende Kerk hier op aarde tot de triomferende in den hemel door Christus hun Hoofd gebracht zijn; gelijk hierna Openb. 19:1, enz., te zien is.

Re 14.3 7.9 19.1

6) van een groten donderslag.

Niet ten opzichte van hun schrikkelijkheid, gelijk dit wel soms wordt genomen, maar ten opzichte van hun grootte en den ijver die daaruit sproot. Anderszins was zij liefelijk om te horen, gelijk hierna, Openb. 19:6, wordt verklaard.

Re 19.6

7) van citerspelers,

Deze gelijkenis is genomen van de handeling in den tempel van Salomo, daar bij het gezang ook muziekinstrumenten door de priesters en Levieten gebruikt werden. Zie ook hiervoor Openb. 5:8.

Re 5.8

Revelation of John 19:6

12) grote schare,

Grieks vele.

13) heeft als Koning

Dat is, nu komt de tijd dat Hij al Zijn vijanden onder onze voeten gebracht hebbende, en het rijk van den antichrist, van den satan en der wereld vernietigd hebbende, alleen zal heersen, en zulks voor de gehele wereld zal betonen; 1 Cor. 15:24. Want hoewel Hij altijd als koning heeft geheerst, zo is Zijn rijk onder velen, door de tirannie dezer anderen, en door Zijn verdraagzaamheid daarin, naar het oordeel der wereld, zeer verduisterd geweest.

1Co 15.24
Copyright information for DutKant