Ezekiel 2:7
18) wederspannig. Hebreeuws, wederspannigheid; alzo Spreuk. 17:11, en hier in Ezech. 2:8. Vergelijk Job 24:20, en Job 35:13. Pr 17.11 Eze 2.8 Job 24.20 35.13Ezekiel 3:11
16) weggevoerden, Hebreeuws, wegvoering; zie boven Ezech. 1:1. Eze 1.1 17) kinderen Dat is, tot uw volk en natie, namelijk de weggevoerde Joden; vergelijk Gen. 23:11; 2 Kron. 35:5, enz. Ge 23.11 2Ch 35.5 18) uws volks, God noemt de Isralieten niet zijn volk, omdat zij Hem wederspannig waren, maar Ezechils volk, dat is, die van zijn natie waren; vergelijk Exod. 32:7. Ex 32.7 19) hetzij dat zij horen zullen, Zie boven Ezech. 2:5. Eze 2.5Ezekiel 3:27
77) mond opendoen, Dat is, door mijnen Geest en mijne kracht u de bekwaamheid wedergeven, om uw profetisch ambt te bedienen. 78) wie hoort, die hore, Vergelijk boven Ezech. 2:5,7. Eze 2.5,7
Copyright information for
DutKant