Ezekiel 20:47-48

114) zuiderwoud:

Dat is, tot de mensen, die in Judea wonen; zie boven Ezech. 17:24.

Eze 17.24

115) een vuur in u aansteken,

Dat is, een geweldige plaag van een gruwzamen oorlog; vergelijk Job 15:34; idem zie Ps. 78:63, en Ps. 83:15.

Job 15.34 Ps 78.63 83.14

116) allen groenen boom en allen dorren boom verteren zal;

Dat is, rechtvaardigen en goddelozen; zie deze verklaring onder Ezech. 21:3; boven Ezech. 17:24. De vromen worden gezegd groen te zijn, en de bozen dor; Ps. 52:10; Jer. 17:8; Luk. 23:31.

Eze 21.3 17.24 Ps 52.8 Jer 17.8 Lu 23.31

117) de vlammende vlam

Hebreeuws, de vlam der vlam, of de vlam, de vlam; dat is, de zeer geweldige vlam, of die zeer vlamt. Versta een zeer grote straf; zie Job 15:30.

Job 15.30

118) alle aangezichten

Dat is, alle mensen, van het ene einde des lands tot aan het andere; vergelijk onder Ezech. 21:4.

Eze 21.4
119) vlees zal zien,

Dat is, mens; zie Gen. 6:12.

Ge 6.12
Copyright information for DutKant