Genesis 11:32

Genesis 25:7

13) honder vijf

Hebr. honderd jaar, en zeventig jaar, en vijf jaren. Alzo heeft Abraham, nadat hij van Ur vertrokken was, 105 jaren in vreemdelingenschap geleefd, en kindskinderen van vijftien jaren nagelaten: te weten, Jakob en Ezau, zoals af te nemen is uit Gen. 25:26. Intussen is Abraham nimmer bezweken in het geloof aan de beloften Gods, noch in geduld onder velerlei kruis, noch in de hoop der toekomende heerlijkheid, hoewel hij ook exempelen der menselijke zwakheid heeft nagelaten. Hij stierf [naar sommiger rekening] in het jaar na de schepping der wereld 2124, en na den dood zijner huisvrouw Sara 38.

Ge 25.26

Genesis 35:28

Copyright information for DutKant