Jeremiah 16:16

20) zenden

Dat is, Ik zal hun door mijn goddelijke en rechtvaardige regering vijanden verwekken, die met hen zullen handelen gelijk de vissers met de vis en de jagers met het wild plegen te doen, dat is, jagen, plagen, vangen en wegvoeren; sommigen verstaan door de vissers de Egyptenaars, die [als in een waterrijk land] veel met visscherij omgingen; Jes. 19:8. Zie 2 Kon. 23:29,33, enz., en door de jagers, de Babyloni‰rs. Vergelijk Gen. 10:8,9; anderen verstaan door beiden de Babyloni‰rs. Vergelijk Habak. 1:14,15. Anders: Ik zal vele, of grote vissers uitzenden, enz. Sommigen verstaan dit van de uitzending der apostelen tot de bekering der Joden. Vergelijk Ezech. 47:9,10, met de aantekening.

Isa 19.8 2Ki 23.29,33 Ge 10.8,9 Hab 1.14,15 Eze 47.9,10

21) kloven

Dat zij nergens vrij zullen zijn, zelfs in al zulke verborgen plaatsen, waar men zich anderszins gemeenlijk placht te bergen.

Lamentations 3:52

110) zonder oorzaak,

Dat is, zonder dat ik hun ooit enig kwaad heb gedaan of gezocht te doen. Of zonder dat zij enig voordeel daarvan hebben te verwachten; zie Ps. 35:7, en Ps. 69:5, en Ps. 109:3, en Ps. 119:161.

Ps 35.7 69.4 109.3 119.161

111) als een vogeltje

Dat is, gelijk een vogelvanger de vogeltjes zoekt te vangen; vergeljk Ps. 11:1, en Ps. 102:8, en Ps. 124:7; Pred. 9:12.

Ps 11.1 102.7 124.7 Ec 9.12

112) dapperlijk gejaagd.

Te weten om mij ten enenmale ten verderve te brengen. Hebreeuws, jagende gejaagd.

Copyright information for DutKant