Job 37:3

7) Dat zendt

Te weten, het geluid des donders.

8) Hij rechtuit

Te weten, God.

9) Zijn licht

Dat is, Gods bliksem en weerlicht. Alzo boven, Job 36:30.

Job 36.30

10) einden

Hebreeuws, vleugelen. Alzo onder, Job 38:13; Jes. 11:12.

Job 38.13 Isa 11.12

Job 37:11

28) [door] klaarheid;

Namelijk, mits die door het schijnsel der zon te verdunnen, te verdelen en te verstrooien. Anders, door bevochtiging [der aarde]; dat is, als Hij de wolken zeer ontsluit om water uit te gieten; waardoor de wolken bij gelijkenis van degenen, die veel werk doen, worden gezegd vermoeid te worden.

29) de wolk

Dat is, waardoor Hij licht en klaarheid voortbrengt, als zij verstrooid is. Of, versta, de wolk van zijn weerlicht, of bliksems, waardoor God het weerlicht of den bliksem doet voortschieten. Anders, Hij verstrooit de wolken zijns regens. Vergelijk boven, Job 36:30, met de aantekening.

Job 36.30

Job 37:15

41) dezelve

Te weten, wolken. Anders, wonderen.

42) orde stelt,

Te weten, om door dezelve te werken; of, op die [zijn hart] stelt; dat is, achtgeeft, met een voornemen, om door dezelve zijn weldaden te bewijzen, of oordelen uit te voeren.

43) licht

Dat is, den bliksem en het weerlicht, alzo boven, Job 37:3, en Job 36:30. Hij wil zeggen, dewijl Job zodanige natuurlijke dingen ten volle niet kon begrijpen, dat hij nog veel minder den grond van Gods oordelen kon uitvinden.

Job 37.3 36.30
Copyright information for DutKant