Proverbs 31:18

45) smaakt,

Dat is, oordeelt, gevoelt, bevindt en wordt gewaar. Versta dit van den smaak des harten. Vergelijk Ps. 34:9, en Job 12:20.

Ps 34.8 Job 12.20

46) goed is;

Dat is, voordelig, alzo Jer. 5:25; 1 Cor. 7:1.

Jer 5.25 1Co 7.1

47) haar lamp

Te weten omdat zij die lang in den nacht gebruikt.

Isaiah 23:18

66) koophandel

Te weten der Tyri‰rs.

67) heilig zijn,

Of, geheiligd zijn. Hebreeuws, in heiligheid zijn.

68) het zal niet

Hier wordt voorzegd dat enigen der Tyri‰rs in toekomende tijden tot den waren God en de Christelijke religie bekeerd zijnde, hun goed en rijkdom niet in hunne kisten en kasten zouden besluiten en behouden, maar dat zij die mildelijk ter ere Gods en tot nooddruft der arme Christenen zouden uitdelen. Zie Hand. 2:44, en Hand. 4:34.

Ac 2.44 4.34

69) die voor den HEERE

Versta, de Christenen in het algemeen en bij name de kerkleraars.

70) durig

Dat is, deksel dat duurzaam is, of dat lang duren kan.

Copyright information for DutKant