Psalms 79:8
13) ons de Anders, tegen ons. Maar wij spreken ook alzo in onze taal: Ik zal hem dat gedenken, en gedenk mij dat niet. Verg. Jer. 2:2, en zie Jer. 31:34; Ezech. 18:22, en het tegendeel Jer. 14:10; Hos. 8:13, en Hos. 9:9, en wijders, aangaande de manier van spreken, Gen. 8:1. Of, de misdaden der vorigen; dat is, onzer voorvaders. Jer 2.2 31.34 Eze 18.22 Jer 14.10 Ho 8.13 9.9 Ge 8.1 14) dun Of, uitgeput, uitgeteerd, gering geworden.
Copyright information for
DutKant