Romans 8:35-39

101) Wie zal ons scheiden

De voorgaande roem is geweest tegen de zonde en straf der zonde; deze is tegen het geweld der vervolgingen en verdrukkingen der wereld en alles wat hun nog zou mogen overkomen.

102) van de liefde van Christus?

Namelijk met welken Hij ons liefheeft, gelijk Rom. 8:37,39.

Ro 8.37,39
103) den gansen dag

Dat is, gedurig, zonder ophouden.

104) gedood;

Dat is, ten dood toe vervolgd; of nu de een dan de ander omgebracht.

105) Hem, Die ons liefgehad heeft.

Namelijk Christus; of God in Christus. Want beide wordt hier uitgedrukt, het ene Rom. 8:35, en het andere Rom. 8:39.

Ro 8.35,39
106) ik ben verzekerd,

Of, ik ben overreed; namelijk door de belofte des heiligen Evangelies aan alle gelovigen, Joh. 5:24, en door de getuigenis des Heiligen Geestes in het hart, Rom. 8:16.

Joh 5.24 Ro 8.16

107) engelen,

Namelijk kwade engelen; want de goede zoeken ons van Christus niet te scheiden; tenware men het voor een onmogelijke voorwaarde wilde nemen, gelijk Gal. 1:8,9.

Ga 1.8,9

108) noch overheden,

Sommigen nemen dit ook voor namen van engelen, gelijk Col. 1:16, hoewel het hier bekwamelijk van de tirannen en geweldigen dezer wereld kan verstaan worden.

Col 1.16
109) de liefde Gods,

Namelijk waarmede Hij ons liefheeft, wanneer wij met Christus door het geloof verenigd zijn, gelijk Rom. 8:35.

Ro 8.35
Copyright information for DutKant