1 Chronicles 11:4-5

David neemt Jeruzalem in

De eerste handeling die hier van David wordt vermeld, is dat hij vanuit Hebron tegen Jebus optrekt om die stad in te nemen. De nieuwe koning kiest deze stad als nieuwe hoofdstad. De keus van deze stad is zeker ook strategisch van belang, want Jeruzalem ligt veel meer centraal in het land en is ook op een berg gelegen, waardoor de stad moeilijk voor vijanden in te nemen is. Toch is de eerste overweging niet het strategisch belang. Met zijn keus voor deze stad als koningsstad sluit David aan bij de keus van God. Het is de plaats die Hij gekozen heeft om Zijn Naam daar te laten wonen.

David maakt van de inname van Jebus een zaak van eer voor zijn aanvoerders. Joab blijkt de man te zijn die de uitdaging aanneemt en wint en de nieuwe bevelhebber van Davids leger wordt. Joab wordt hier in positieve zin genoemd en niet negatief zoals in 2 Samuel. Het gaat hier immers over de vestiging van het rijk van David; alles gebeurt met het oog op hem, op hem is alle aandacht gericht.

Na deze inname neemt David het gezag over de stad in handen. Hij gaat er wonen. Daardoor kan de stad nu “stad van David” genoemd worden. Zo’n verandering van gezag vindt plaats in het leven van iedere pasbekeerde. Op het moment van zijn bekering gaat hij over van de macht van de satan tot God en erkent hij de heerschappij van de Heer Jezus over zijn leven. De Heer Jezus komt in het leven van zo iemand wonen en heeft er de beschikking over.

Copyright information for DutKingComments