1 Kings 1:30

Salomo zal koning zijn

Uit 1Kn 1:28 blijkt dat Bathseba na de binnenkomst van Nathan is weggegaan. Als Nathan is uitgesproken, wordt ze er weer bij geroepen. David richt het woord tot haar. Hij zweert bij de HEERE, de God van Israël, omdat het om Diens raadsbesluit gaat. Dat raadsbesluit wil hij uitvoeren. Hij lijkt zich bewust van een nieuwe aanval van de vijand, maar ook dat de HEERE hem daarvan zal verlossen, zoals Hij dat al zo vaak heeft gedaan (vgl. 2Sm 4:9; Ps 34:23). Hij verklaart plechtig dat Salomo in zijn plaats op de troon zal zitten. Hij spreekt over “uw zoon Salomo”. Zo wordt er drie keer over Salomo gesproken als de zoon van Bathseba (1Kn 1:12; 17; 30).

Salomo is ook de zoon van het volk. Eens zal het volk zeggen: “Een Zoon is ons gegeven” (Js 9:5). De Bruidegom in Hooglied spreekt over het gewillige volk door Wie Hij op Zijn koninklijke wagen wordt gezet (Hl 6:12). De weg wordt voor Hem door Zijn volk gebaand, zoals destijds David bij het verwerven van zijn koningschap door de helden werd geholpen (1Kr 12:23). Zo kunnen wij door onze trouw de dag van God verhaasten (2Pt 3:11-12).

Copyright information for DutKingComments