1 Kings 13:16-17

De leugen van de oude profeet

De oude profeet hoort van een van zijn zonen wat er is gebeurd. Zijn zonen zijn bij het feest van Jerobeam aanwezig geweest. Zou hij hen gestuurd hebben? In elk geval heeft hij hen er niet vandaan kunnen houden. Hij is blijkbaar zelf niet gegaan. In dit verband een praktische opmerking: Laten wij onze kinderen gaan naar gelegenheden waar we zelf niet heen willen gaan? We mogen de Heer wel vragen ons te helpen om hierin de juiste beslissingen te nemen.

De zonen delen hun vader mee wat ze hebben gezien en gehoord, ook de woorden waarmee de man Gods het aanbod van Jerobeam heeft afgeslagen. De oude profeet is zozeer beneveld in zijn denken door zijn lange verblijf in die goddeloze omgeving, dat hij een plan bedenkt om de man Gods toch bij zich in huis te krijgen. Het is een leugenachtig plan. Zijn plan bestaat eruit om een ‘nazireeër wijn te drinken te geven’ (Am 2:12), dat wil zeggen een aan God toegewijde gelovige zover te krijgen dat deze ontrouw wordt aan zijn roeping.

Hij doet dat om zichzelf te rechtvaardigen in zijn valse positie en de stem van zijn geweten te sussen. Als hij de man Gods zover kan krijgen dat hij bij hem thuis komt om met hem te eten – samen eten is een beeld van gemeenschap –, zit hij toch zo slecht nog niet. De oude profeet bezit dezelfde geest als Jerobeam. Hij laat zich leiden door dezelfde zelfzuchtige motieven als Jerobeam en komt tot dezelfde onbeschaamde ongehoorzaamheid als Jerobeam.

De oude profeet vindt de man Gods, zittend onder een eik. De man Gods zocht wat rust, maar dat is het begin van de afwijking. Hij heeft in opdracht van God zijn boodschap gebracht op een plaats die geen plaats van rust kan zijn. Het kan zijn dat zijn dienst zoveel van hem heeft gevergd, dat hij moe is geworden. Het is begrijpelijk dat hij even moest uitrusten. Hier zien we dat een zwakheid waaraan wordt toegegeven, een aanleiding wordt voor een zonde.

Als de man Gods vertelt wat de HEERE tegen hem heeft gezegd, vertelt de oude profeet wie hij in zijn eerbiedwaardigheid is. Hij is ook een profeet. Dat is geen leugen. Maar dan liegt hij over een woord dat hij via een engel van God zegt te hebben gekregen.

Hij is een voorbeeld van al die mensen die zeggen dat je het Woord van God ook anders kunt lezen dan zoals het tot je is gekomen. Als ze daarbij ook nog een eerbiedwaardige leeftijd hebben, is het gevaar helemaal groot om te aanvaarden wat ze zeggen. Ze verdraaien de waarheid en doen daarbij een beroep op hun eigen omgang met God. Hoe misleidend is het als mensen daarop een beroep doen om ingang te krijgen bij anderen.

De oude profeet is zozeer met zichzelf bezig, dat hij er niet aan denkt wat de gevolgen voor de man Gods zullen zijn als deze in zijn leugen gelooft. Iemand die zich in een valse positie bevindt en op zoek is naar een rechtvaardiging daarvoor, is blind voor het kwaad dat hij anderen, die hij wil gebruiken voor die rechtvaardiging, daarmee aandoet.

De man Gods had moeten weten dat, als God op Zijn woord zou zijn teruggekomen, Hij hem dat Zelf wel zou hebben gezegd, net als de eerste opdracht. Dat hij meegaat op grond van een leugen, is een grove ongehoorzaamheid die hij met de dood moet bekopen. Hij is veel meer verantwoordelijk dan de oude profeet, want hij weet beter.

Copyright information for DutKingComments