1 Samuel 26:6

David gaat naar Saul

David gaat niet op geruchten af, maar wil zeker weten of het waar is dat Saul weer naar hem op zoek is. Daarom stuurt hij verkenners. Als de berichten blijken te kloppen, neemt David het initiatief om naar Saul te gaan. David gaat dit keer anders te werk dan in 1 Samuël 24. Hij vlucht niet verder, maar gaat op Saul af. Wat er vervolgens gebeurt, lijkt veel op wat we in 1 Samuël 24 hebben gelezen.

Toch stelt hij zich hier aan veel grotere gevaren bloot. In het eerste geval is Saul, zonder het zelf te weten, vlak bij David gekomen. Het was een min of meer toevallige ‘ontmoeting’. Hier zoekt David zelf Saul op. Saul is hier ook niet alleen, maar bevindt zich midden in het leger, omgeven door zijn soldaten. Wat David doet, lijkt overmoedig, maar God is met hem, want Hij legt een diepe slaap op Saul en allen die bij hem zijn (1Sm 26:12).

Met zijn actie zet David zijn leven weer op het spel. Hij moet wel een grote rust in zijn hart hebben om deze onderneming te wagen. Hij vraagt aan twee mannen wie met hem mee wil gaan. Abisai heeft dezelfde moed als David en biedt zich aan om mee te gaan. De zin van deze actie van David lijkt een nieuwe poging te zijn om zijn onschuld te bewijzen.

Treffend is weer de opmerking over de speer van Saul, waarvan staat dat Saul die “aan zijn hoofdeinde in de grond gestoken” heeft. Hij heeft de speer binnen handbereik om hem bij de geringste dreiging van gevaar te grijpen. Het is de speer waarmee hij enkele keren heeft getracht David te doden.

Copyright information for DutKingComments