2 Kings 9:13

Jehu tot koning uitgeroepen

Het gezelschap waarin Jehu verkeert, blinkt niet uit door Godsvrucht. Zij betitelen de boodschapper van Elisa, de man Gods, die met een boodschap van God tot Jehu kwam, als “deze krankzinnige”. Mannen met een dergelijke beoordeling zijn de vrienden van Jehu. Later heeft Jehu zelf zich zo gedragen dat van hem wordt gezegd wat hier van de profeet wordt gezegd (2Kn 9:20).

Jehu neemt de boodschapper ook niet in bescherming. In zijn antwoord sluit hij zich bij hun beoordeling aan. Hij noemt de man zelfs een klager, een man die alleen maar negatief praat. Met die woorden wil Jehu zich ervan afmaken. Zijn kameraden dringen echter aan, want zijn antwoord bevalt hun niet. Ze mogen de man dan wel een ‘krankzinnige’ noemen, ze weten tevens dat hij niet zomaar is gekomen. Hij zal zeker een belangrijke boodschap hebben gebracht.

Als Jehu hun vertelt wat de man heeft gezegd en gedaan, draaien ze om als een blad aan een boom. Ze beoordelen de leerling-profeet daarmee niet anders, maar de boodschap van ‘die krankzinnige’ komt hun wel uit. Ze aanvaarden het woord niet omdat ze instemmen met Gods Woord, maar omdat ze dit willen. Voor hen is Jehu direct de koning die ze willen. Allemaal doen ze hun mantel uit en leggen die voor hem neer. Dan bazuinen ze het uit dat Jehu koning is geworden.

Copyright information for DutKingComments