2 Samuel 22:50

Zevende deel

Vanwege de bevrijding die hij in het vorige deel heeft bezongen, looft David in 2Sm 22:50 de HEERE. Dat doet hij niet alleen in een uiting naar Hem toe, maar hij maakt Zijn Naam groot onder de volken. David is zich bewust dat alles het gevolg is van de goedertierenheid en trouw van God aan Zijn Gezalfde. Deze goedertierenheid zal nooit falen, omdat de Gezalfde, de Heer Jezus, de Christus is, de Man van Gods welgevallen. In Hem zijn alle beloften van God ja en amen (2Ko 1:20).

Vanwege “Zijn Gezalfde” zal God ook “goedertierenheid” bewijzen “aan David en zijn nageslacht tot in eeuwigheid”. Wat een geweldig vooruitzicht. De trouw van God aan Zijn Gezalfde is ook voor ons de basis dat God ten gunste van ons zal optreden. In onszelf is niets, in Hem is alles.

Copyright information for DutKingComments