Daniel 8:27

De uitwerking op Daniël

Als wij dit visioen een naam zouden moeten geven, zouden we het wel ‘het visioen van de ram en de geitenbok’ kunnen noemen. Zo noemt Gods Geest dit visioen echter niet. Aan het eind van het visioen noemt de Geest van God het “het visioen van de avond en de morgen”. Wij denken dat het gaat om de strijd tussen de Grieken en de Meden en Perzen. Maar Gods Geest zegt dat het in werkelijkheid gaat om de tijd dat God Zijn tweemaal per dag herhaalde offer wordt onthouden. “Dat is de waarheid.” We hoeven er niet aan te twijfelen.

Het gaat hier over het dagelijks brandoffer. Dat spreekt van de Heer Jezus in Zijn werk aan het kruis dat helemaal voor God was. Christus heeft God volmaakt en in alles verheerlijkt. God wil graag dat wij Hem vertellen wat de Heer Jezus voor Hem is geweest aan het kruis. We denken er vaak aan wat de Heer Jezus voor ons heeft gedaan, wat de gevolgen van Zijn werk voor ons zijn. Maar hoe vaak denken we eraan wat Zijn offer voor God betekent?

Daniël moet het visioen geheimhouden. Het is namelijk niet alleen van belang voor de directe toekomst in verbinding met de komst van het Griekse wereldrijk en met name van de kleine hoorn (Antiochus Epiphanes). Waarom het uiteindelijk gaat, is de eindtijd. Dan zal wat dit visioen te zien heeft gegeven, zijn vervulling vinden in de grote verdrukking, wanneer vijanden zowel van buiten als van binnen Gods volk zullen benauwen. De (godsdienstige) hoofdvijand van binnen is de antichrist. De (politieke) vijand van buiten komt uit het noorden, Syrië, gesteund door de vijand uit het uiterste noorden, Rusland.

Als Daniël het visioen heeft gezien en de uitleg heeft gehoord, kan hij niet meer. Hij is er ziek van, zo diep heeft het hem allemaal geraakt. Voor ons ligt het wat anders. Het hoeft ons niet ziek te maken en zelfs niet te bevreemden dat er wereldheersers zijn die niets met God te maken willen hebben en Zijn volk vervolgen (1Pt 4:12).

Wat ons zou moeten raken, is hoe het geestelijk met de gelovigen gaat. Hebben we er oog voor dat er geestelijke machten zijn die onder Gods volk ingang krijgen om dit volk af te brengen van het dagelijks brengen van offers aan God? Valse broeders proberen binnen te sluipen en het geloof uit te hollen (Gl 2:4-5). Als een geest van wetticisme vat krijgt op de gelovigen, betekent dat het einde van het brengen van offers van lof en dank aan God. Dat dit kan gebeuren, zou ons ziek moeten maken.

Door alles wat op Daniël is afgekomen, is hij enkele dagen ziek. Hij heeft zich ziek moeten melden bij de koning. We zien hier dat profeten geen machines zijn die mechanisch een boodschap ontvangen en die zo weer afleveren. Profeten zijn heilige mensen van God die door de Heilige Geest worden gedreven (2Pt 1:21). Ze hebben niet alles begrepen wat hun is verteld en het nauwkeurig onderzocht. Veel is ook voor hen een verborgenheid gebleven, maar ze hebben geloofd wat is gezegd: “Over deze behoudenis hebben profeten onderzocht en nagevorst, die van de voor u [bestemde] genade geprofeteerd hebben, terwijl zij navorsten welke of wat voor een tijd de Geest van Christus Die in hen was, aanduidde, toen Hij tevoren getuigde van het lijden dat over Christus [zou komen] en van de heerlijkheden daarna. Aan hen werd geopenbaard dat zij niet voor zichzelf, maar voor u de dingen bedienden die u nu zijn aangekondigd door hen die u het evangelie hebben verkondigd door [de] Heilige Geest Die van [de] hemel is gezonden; dingen waarin engelen begerig zijn een blik te werpen” (1Pt 1:10-12).

Bij Daniël zien we dat elk visioen diepe zielsoefeningen bij hem heeft bewerkt. Het heeft hem tot vasten en het lezen van Gods Woord gebracht. Hetzelfde is voor ons noodzakelijk. Wij kunnen niet groeien in de genade en de kennis van Gods Woord als we niet bidden en als er geen zielsoefeningen zijn. In het volgende hoofdstuk zullen we daarvan nog een prachtig voorbeeld zien. De vraag voor ons is ook: Wat doet het onderwijs van de Heer over toekomstige dingen bij ons?

Copyright information for DutKingComments