Deuteronomy 23:25

Nemen van de vrucht van de naaste

Deze wet geeft aan dat er een overvloed van wijn en koren in Kanaän zal zijn. Het kleine beetje dat door iemand wordt genomen en genoten, zal bij die overvloed niet door de eigenaar worden gemist. Deze wet voorziet in hulp en ondersteuning bijvoorbeeld voor arme reizigers die hierdoor versterkt en verkwikt kunnen worden. De discipelen van de Heer Jezus maken van deze inzetting gebruik (Mt 12:1). Zij worden niet berispt door de farizeeën omdat zij het doen, maar omdat zij het op een sabbat doen. Volgens hun zelfgemaakte wetten is dat verboden, maar niet door Gods wet.

God wil dat Zijn volk een gevend volk is. Hij wil hen leren niet op het recht van eigendom te staan, maar anderen van de overvloed te gunnen. Het is een bewijs van gastvrijheid. Het leert ons mededeelzaam te zijn. Wat we weggeven, is niet verloren, maar zal de dankbaarheid doen toenemen. Tegelijk wordt ervoor gewaakt dat deze mededeelzaamheid niet wordt misbruikt. Bij het geven van een vinger, moet niet de hele hand worden genomen.

De wijngaard spreekt van de vreugde in het hemelse land. Het koren spreekt van de Heer Jezus als het voedsel van het land. Ieder heeft zijn eigen vreugde in de gemeenschap met God en ontvangt persoonlijk kracht door met de Heer Jezus bezig te zijn.

We mogen ook van elkaar genieten en elkaar opbouwen in wat de Heer aan een ander heeft gegeven. Daarin moet wel de juiste voorzichtigheid in acht worden genomen. We mogen genieten van en opgebouwd worden door wat anderen hebben geschreven, maar het mag niet zomaar door ons worden herhaald als we het aan anderen doorgeven. Het moet eerst door onszelf verwerkt en in praktijk gebracht worden. Als we alleen herhalen wat anderen hebben ontdekt in het Woord van God, zijn we met de tas en de sikkel bezig geweest op het veld van de ander.

We mogen wel gebruikmaken van wat een ander heeft geschreven, maar dat moeten we op de goede manier doen. We mogen bijvoorbeeld als voorbereiding op een dienst niet vlug even een beschouwing doornemen en dan doorgeven wat we snel even hebben gelezen. Het moet eerst een vrucht worden van de eigen wijngaard door het in het eigen hart met de Heer te verwerken. Dan is het ons eigendom geworden en kunnen we doorgeven wat we zelf hebben genoten en waardoor we zelf zijn opgebouwd.

Copyright information for DutKingComments