Exodus 24:12-18

Mozes en Jozua klimmen hoger op

Mozes wordt door de HEERE geroepen om naar Hem toe te komen en ook bij Hem te blijven. Hij zal er langere tijd verblijven. Mozes komt als het ware niet slechts op bezoek, maar neemt bij de HEERE zijn intrek. Niet dat hij altijd weg zal blijven, want hij zegt tegen de achterblijvers dat ze moeten wachten tot hij en Jozua weer bij hen terugkomen. Maar ook als hij terug is, blijft hij in de geest bij de HEERE. Hij leeft en handelt vanuit zijn omgang met Hem.

Het lijkt erop dat Jozua hem nog een eind mag vergezellen. Na Exodus 17 (Ex 17:9) vinden we hier de tweede vermelding van Jozua, en ook hier weer in verbinding met Mozes. Hij mag de ervaring opdoen dichter bij de HEERE te komen. De anderen moeten achterblijven. Zij mogen niet verder opklimmen tot de HEERE.

Mozes laat het volk niet aan hun lot over tijdens zijn afwezigheid. Hij regelt plaatsvervangers. Naar hen kan het volk toegaan als ze zaken hebben waar ze onderling niet uitkomen. Zo heeft de Heer Jezus ook tijdens Zijn afwezigheid gaven aan de gemeente gegeven, zoals die van “besturingen” (1Ko 12:28). Zij kunnen in bepaalde gevallen met de hun gegeven wijsheid een geschil oplossen.

Mozes alleen ontmoet de HEERE

Uiteindelijk moet ook Jozua achterblijven en gaat Mozes alleen verder. Zes dagen lang bedekt de wolk, het symbool van de woonplaats van de heerlijkheid van God, de berg. Al die tijd wacht Mozes. Hij wordt niet ongeduldig zoals later Saul, die ook moet wachten, maar door ongeduld handelt en daardoor zijn koningschap verspeelt (1Sm 13:8-14).

Op de zevende dag roept de HEERE hem. Dan gaat Mozes de wolk in, hij gaat Gods heerlijkheid binnen, om er veertig dagen en veertig nachten te verblijven. In die tijd krijgt hij schitterende dingen van God te horen en te zien met het oog op Gods wonen te midden van Zijn volk.

De heerlijkheid die Mozes binnengaat, lijkt voor de Israëlieten een verterend vuur. Hier zien we het grote verschil met de tijd waarin wij leven. Wie geschikt is gemaakt voor de tegenwoordigheid van God, zal zich daar thuis voelen. Wie meent op de grondslag van de wet God te kunnen behagen, zal altijd met vrees en beven aan Gods tegenwoordigheid denken.

Copyright information for DutKingComments