Exodus 33:13

De HEERE moet meegaan

Mozes pleit opnieuw voor het volk. Nooit is er een betere pleitgrond voor anderen dan het zelf innemen van de plaats van afzondering van het kwaad. Deze positie plaatst iemand in de tegenwoordigheid van God en geeft daardoor ook een nog hechtere verbinding met het volk. Dit is het resultaat van afzondering die wordt nagestreefd om getrouw te zijn en waarbij alleen de heerlijkheid van God het motief is dat tot die afzondering voert.

Mozes neemt geen genoegen met een engel om voor hen uit te gaan. Hij wil dat de HEERE Zelf mee optrekt. Hij doet een beroep op wat God ten aanzien van hem heeft gezegd: dat Hij hem bij zijn naam kent en dat hij genade heeft gevonden. Dit zijn twee dingen met een bijzondere betekenis:

1. de HEERE heeft een persoonlijke relatie met Mozes en

2. Mozes erkent dat genade de basis van die relatie is.

Op grond daarvan nadert hij tot God. Mozes wil niet alleen de weg weten die hem en het volk naar het beloofde land zal voeren. Hij wil Gods weg kennen. Hij herinnert God eraan dat het om Zijn volk gaat. Het innemen van de plaats van afzondering doe je persoonlijk, maar je bent er alleen op de goede manier als je daar het hele volk van God in je hart hebt en in voorbede voor God brengt. Mozes brengt het volk naar voren. Hij vraagt aan God: “Laat ons dan van hier niet verdertrekken.” Tegelijk doet hij een beroep op Gods genade. Hij vraagt aan Hem die te bewijzen “daardoor dat U met ons meegaat”.

God antwoordt dat Hij zal doen wat Mozes heeft gevraagd. Hij zal Zelf meegaan en Mozes geruststellen. Waar God aanwezig is, daar is rust.

Copyright information for DutKingComments