Genesis 42:7

Beschuldigd van spionage

De broers, die eerst zo machtig en ook meedogenloos zijn tegenover Jozef, liggen nu machteloos aan zijn voeten. Zodra hij hen ziet, begint hij met het werk dat nodig is om hun harten in de rechte verhouding tot hem brengen. Het is als met de Heer Jezus Die in het bewustzijn van Zijn heerschappij over alle dingen, de voeten van de discipelen gaat wassen (Jh 13:3-5).

In plaats van zijn voet op hen te zetten, terwijl zij voor hem geknield liggen – wat zij wel bij hem hebben gedaan –, gaat de wijze Jozef in liefde met hen om. Zijn houding lijkt in eerste instantie niet veel op liefde (vgl. Mk 7:24-30). Toch handelt hij in liefde met hen. Hij heeft geleerd alles uit de hand van God aan te nemen (Gn 45:7). Dan zijn er geen wraakgevoelens. Hij ziet hen, kent hen en heeft hen lief.

Hij wil zien of zij innerlijk veranderd zijn, of ze niet alleen maar knielen ter wille van het voordeel. Hij stelt zich hard op, maar niet om wraak te nemen. Dat is voor hem in zijn positie niet moeilijk, maar zo is Jozef niet. Hij is nog steeds moreel ver boven hen verheven. Hij slaat ook niet door naar de andere kant, door heel edelmoedig alles wat hem is aangedaan te vergeten. Daarmee zijn de broers ook niet echt gediend.

In de toekomst zal God ook zo met Israël handelen. Hij zal Zich niet direct aan hen openbaren als ze het moeilijk hebben. In het boek Psalmen lezen we dat het overblijfsel zegt dat God Zich verborgen houdt. God zoekt in alles een verandering steeds meer naar Zijn eigen beeld. Die verandering zal Hij Zelf bewerken. Dan moet het verleden beleden zijn. Dat kan alleen als ze inzien wat verkeerd is. Dan komt er ruimte voor genot van de zegen.

De broers willen koren kopen. Ze moeten ook leren dat er iets is wat niet te koop is: genade. In hun verdediging maken ze melding van hun eerlijkheid. Terwijl ze dit zeggen, beseffen ze niet dat ze staan tegenover hem die het tegendeel kan bewijzen. Daarvoor is niets anders nodig dan hun zijn naam te noemen. Dat doet hij niet, want zijn werk met hen is nog niet klaar, het is nog maar net gestart. Ze moeten ook leren dat ze van hun eerlijkheid niet veel hebben laten zien in hun handelen met Jozef en het bedriegen van hun vader.

Veel mensen beroemen zich op hun eerlijkheid of vroomheid of medemenselijkheid, maar ze beseffen niet dat ze schuldig staan aan de dood van de Zoon van God. De broers zeggen van Jozef: ”Een is er niet [meer]” (Gn 42:13). Wat hen betreft, is Jozef voorgoed verdwenen.

Copyright information for DutKingComments