Isaiah 11:12

Het overblijfsel bijeengebracht

“Op die dag” zal “de Heere opnieuw, voor de tweede keer” het verstrooide overblijfsel van Israël en Juda uit alle volken bijeenbrengen (Js 11:11-12). De eerste keer heeft Hij dat gedaan door de terugkeer van een overblijfsel uit de Babylonische ballingschap onder Kores (Ea 1:1-3) met later een aanvulling onder Ezra (Ea 7:1; 6-8). Het door Hem uit de Babylonische ballingschap bevrijde volk heeft de beloofde zegen van zich gestoten door Hem te verwerpen in Wie alle zegen vervat is.

Als de Heer Jezus regeert, zal Hij al Gods beloften vervullen aan een overblijfsel dat door Hem bijeenvergaderd is “van de vier hoeken van de aarde”, dat is overal vandaan, vanuit de uiterste einden van de aarde. Dit overblijfsel bestaat uit nakomelingen uit “Israël” (de tien stammen) en uit “Juda” (de twee stammen) die overal heen verstrooid waren.

Ze komen uit “Assyrië”, het wereldrijk, waarvan het kerngebied altijd Noord-Irak is geweest, met de steden Assur en Ninevé. Het wereldrijk Assyrië loopt van Noord-Irak tot Pakistan. Ze komen ook uit “Egypte”. “Pathros” betekent het Zuidland, dat is Egypte en dan vooral Onder-Egypte. “Cusj” is Ethiopië en Soedan. Ook daar vandaan zijn in de loop van de tijd al veel Joden naar Israël teruggekeerd.

De terugkeer uit “Elam” zien we in de uittocht uit Perzië, dat is Iran. “Sinear” is het huidige Zuid-Irak met daarin de stad Babel. Sinear is gelijk aan Babel. “Hamath” is het huidige Syrië. Met “de eilanden in de zee” kan Europa bedoeld zijn. Het zijn de landen en eilanden in en direct rond de Middellandse Zee. In de afgelopen tientallen jaren hebben we meegemaakt hoe Joden uit al de genoemde gebieden naar het land Israël zijn gegaan. We kunnen dit zien als een eerste vervulling van wat Jesaja hier profeteert.

Efraïm, het tienstammenrijk, zal niet meer jaloers zijn op de bevoorrechte plaats van Juda, en Juda zal zich niet meer dominant opstellen tegenover Efraïm (Js 11:13), zoals dat in de tijd van Jesaja wel het geval is. De wortel van jaloersheid (Js 9:20a), die sinds de tijd van de scheuring van het rijk in twee en tien stammen bestaat (1Kn 12:19-20), is eindelijk verdwenen. Efraïm is voorgoed van deze kwaal, jaloersheid, genezen. Ze zullen één volk zijn en als broeders samenwonen (Ez 37:22). Samen zullen zij in navolging van de HEERE en bekleed met Zijn kracht de vijanden, de omringende volken, bestrijden en onderwerpen en zich zo van hun juk ontdoen (Js 11:14; Mi 5:7-8).

Hier wordt over een overwinning op “de Filistijnen … in het westen” gesproken. Dat ziet op de toekomstige verovering van de Gazastrook. “De schouder” ziet op de westelijke berghelling. Daar zullen de Israëlieten hen in vliegende vaart aanvallen. Verder worden ook Edom, Moab en de Ammonieten onderworpen. Edom is het gebied van Zuid-Jordanië, Moab het gebied van Midden-Jordanië en Ammon het gebied van Noord-Jordanië. Heel Jordanië zal onder hun gezag komen.

Eenheid en eensgezindheid zijn ook voor de geestelijke strijd die wij voeren een absolute voorwaarde (Fp 1:27b).

Copyright information for DutKingComments