Isaiah 12:6

Vreugde-uitingen als getuigenis

Als ze eerst hebben geschept uit “de bronnen van het heil” (Js 12:3) en vol zijn geworden, worden ze, als ze doorgaan met water scheppen, overlopende vaten. Het overlopende water stroomt naar anderen. Dat zien we vanaf Js 12:4. Het eerste “op die dag” (Js 12:1) brengt de vreugde over de eigen behoudenis tot uitdrukking. In het tweede “op die dag” (Js 12:4) gaat het om de wereldwijde behoudenis van de HEERE.

Het resultaat van alle heerlijke dingen die ze in de voorgaande verzen hebben bezongen, is dat zij elkaar oproepen om de HEERE te loven en om van Zijn daden te getuigen onder alle volken. Iedereen moet weten dat Hij “zeer grote dingen” heeft gedaan (Js 12:5). Het grootste van al die dingen is wel het werk van de Heer Jezus op het kruis van Golgotha. Op grond daarvan heeft God kunnen besluiten dat de behoudenis tot Israël komt en door de volheid van Israël ook tot de volken gaat (Rm 11:12b).

We vinden hier een voorbeeld van geestelijke groei. Eerst is de gelovige vol vreugde over wat hij zelf heeft ontvangen en over zijn persoonlijke verhouding tot de Heer. Daarna ziet hij in dat het noodzakelijk is dat hij getuigt van de heerlijkheid van God en anderen oproept om zich te bekeren en God de eer te geven. Zo worden zij, nadat ze gedronken hebben uit de bron van de behoudenis, zelf tot stromen van levend water voor anderen (Jh 7:37-38).

Wat is onze reactie op wat de Heer Jezus voor ons heeft gedaan? Wij zouden nog veel enthousiaster Hem moeten eren en veel ijveriger van Hem moeten getuigen dan Israël. De zegen van Israël beperkt zich tot de aarde en is stoffelijk. Onze zegeningen zijn geestelijk, hemels en eeuwig. Als we beseffen waarvan Hij ons heeft bevrijd en wat Hij ons heeft geschonken, kunnen we niet zwijgen.

Deze opdracht krijgt nog meer kracht door de bevestiging dat de “Heilige van Israël” in hun midden is. Deze Naam is weer speciaal voor Jesaja. Zijn aanwezigheid in hun “midden” is “groot” en is reden om te juichen en te jubelen (Js 12:6).

Hiermee eindigt het en dat is ook het grootste: de Heilige van Israël groot in het midden. Het woord dat wordt gebruikt voor ‘midden’ wordt een aantal keren vertaald met ‘ingewanden’. We zouden kunnen zeggen dat Hij Zich bevindt waar de collectieve gevoelens en genegenheden naar Hem toe hun oorsprong vinden. Iets dergelijks zien we bij gemeente waarvan Christus het centrum is van de vier dimensionale glorie (Ef 3:17-19). Hij wil als zodanig wonen in ons hart waar Hij gekend kan worden in Zijn liefde die de kennis te boven gaat.

De tegenwoordigheid van de Heer Jezus in het midden van de gemeente geeft de gelovigen voor wie dit een werkelijkheid is, echte voldoening. Het bewerkt aanbidding en geeft kracht om van Hem te getuigen. Het werkelijke besef van Zijn aanwezigheid geeft de gemeente vreugde. Als dit besef niet aanwezig is, is het samenkomen alleen routine en bewerkt het niets, niet naar God toe en niet naar de wereld toe.

Copyright information for DutKingComments