Luke 20:7

Het antwoord van de Heer

De Heer wil hun duidelijk maken dat ze blind zijn, opdat zij hun blindheid erkennen en dan ziende kunnen worden. Daarom heeft Hij als antwoord een vraag aan hen. Met de woorden “zegt Mij dan” beveelt Hij hun Hem daarop antwoord te geven. Zijn wedervraag moet duidelijk maken of ze wel in staat zijn zich een echt oordeel te vormen over Zijn gezag. Hun antwoord zal hun gezindheid aan het licht brengen.

Zijn vraag betreft de doop van Johannes. Johannes was Zijn voorloper en heraut. Johannes heeft Hem aangekondigd en de doop van bekering tot vergeving van zonden gepredikt (Lk 3:3). Velen zijn tot zijn doop gekomen (Lk 3:7) en hebben zich zelfs afgevraagd of hij niet misschien de Christus was (Lk 3:15). De reactie van Johannes was echter duidelijk dat hij het zelf niet was, maar dat Hij het was Die na hem kwam.

Het antwoord op de vraag naar de doop van Johannes is dan ook bepalend voor hun kijk op de Heer. Hij stelt hun twee mogelijkheden voor: de doop van Johannes was uit de hemel of uit de mensen. Het is een van de twee. Laten zij het maar zeggen.

In hun valsheid en onoprechtheid gaan de godsdienstige leiders met elkaar overleggen. Ze bespreken niet wat het juiste antwoord is, maar wat Hij zal antwoorden op een bepaald antwoord. Ze zijn zo verdorven, dat ze alleen kijken naar het resultaat van hun antwoord en niet naar de waarheid ervan. Ze overleggen wat Zijn antwoord zal zijn als zij zullen zeggen dat de doop van Johannes uit de hemel was. Dat weten ze: Hij zal zeggen: “Waarom hebt u hem niet geloofd?” Ze kunnen niet loochenen dat de doop van Johannes uit de hemel was, maar toegeven willen ze het niet.

De andere optie wordt ook overwogen. Ook daar zien ze vanaf, want ze kennen de grote bewondering van het volk voor Johannes. In plaats van zich aan te sluiten bij het volk en te erkennen dat Johannes een profeet was, overwegen ze dat een antwoord dat Johannes naar beneden zou halen, hun het leven zou kunnen kosten. Ze zijn bang de volksgunst te verliezen en het volk tegen zich te krijgen, waarbij ze voor hun leven zouden moeten vrezen.

In beide antwoorden draait het om henzelf. Omdat ze menen dat ze het minste gezichtsverlies zullen lijden als ze zeggen dat ze niet weten vanwaar de doop van Johannes is, geven ze dat antwoord. Met dit antwoord geven ze aan dat ze van de Heer geen antwoord op hun vraag verdienen. Hij heeft duidelijk gemaakt dat zij verwerpelijke bedoelingen hebben. Het is tragisch dat ze niet tot inkeer willen komen, maar zich als Zijn verklaarde tegenstanders steeds moordzuchtiger gaan opstellen. Ze zijn door niets tot inkeer te brengen. De Heer laat in de volgende gelijkenis zien hoe zij Hem bewust willen doden.

Copyright information for DutKingComments