Mark 14:56-58

Ondervraging door de Raad

Het proces dat volgt, is geen onderzoek naar Zijn daden, maar een poging om moord te bedekken met een schijn van gerechtigheid. In hun haat willen ze maar één ding: ze moeten en zullen iets hebben wat voor hen een geldige reden is om Hem te vermoorden.

Ze zoeken bewust naar getuigen die iets tegen Hem kunnen inbrengen, hoe vals de beschuldiging ook is. Iedere getuige die iets tegen Hem getuigt, kan ook niet anders dan een vals getuigenis afleggen. Telkens blijkt daarbij dat de getuigen elkaar tegenspreken. Er zijn geen twee getuigen te vinden die dezelfde lastering tegen Hem naar voren brengen. Ze schieten tekort, niet wat hun boosheid betreft, maar in de zekerheid van wat ze getuigen.

Dan komen er enigen die de aanklagers het noodzakelijke motief voor hun moord in handen lijken te geven. De inhoud van hun getuigenis heeft te maken met iets wat de Heer in het begin van Zijn optreden heeft gezegd (Jh 2:19). Maar als de aanklagers daarover doorvragen, is ook dat getuigenis niet eenstemmig.

Het lijkt er sterk op dat de leiders van het volk grote waarde hebben gehecht aan de schijn van het recht. Anders zouden ze wel twee getuigen zover hebben gekregen om hetzelfde te zeggen. Zover wilden ze blijkbaar niet gaan, waarschijnlijk met het oog op mogelijke vragen die later zouden kunnen worden gesteld. Op sluwe wijze hebben ze zich daarvoor vooraf ingedekt.

Op dit moment hadden de rechters Hem moeten vrijlaten. Het oordeel stond echter al vast, alleen moest en zou er nog een grond voor Zijn veroordeling worden gevonden. Die zullen ze krijgen en wel het getuigenis van de waarheid. De Heer zal worden veroordeeld op grond van Zijn eigen belijdenis van de waarheid.

Copyright information for DutKingComments