Micah 3:4

De HEERE antwoordt niet op hun geroep

Na de beschuldiging volgt de veroordeling. Er is geen barmhartigheid voor hen die geen barmhartigheid bewijzen (Jk 2:13a). Zij luisteren niet naar hun slachtoffers als die hun om genade smeken. Als deze trouweloze, onbarmhartige leiders tot de HEERE zullen roepen in de ellende die over hen zal komen, zal Hij ook niet naar hen horen (Dt 31:17; 1Sm 28:6; Js 1:15; Jr 11:11; Sp 1:28; Sp 21:13). Zij zullen immers alleen roepen om uit de ellende te worden bevrijd en niet vanwege berouw over hun zonden en ongerechtigheid.

Dat God Zijn aangezicht voor iemand verbergt, is het ergste wat iemand kan gebeuren (Ps 22:3; Ps 69:18). God doet dat hier bij Zijn volk. Dit is het gevolg van hun zonden (Js 54:8). Het betekent dat Hij hun Zijn barmhartigheid onthoudt (Jk 2:13a). Het is uiteindelijk de verschrikking van de hel. Zo gezegend als de genade van God is, zo afschuwelijk is Zijn toorn. Altijd heeft God geantwoord (Ps 22:6), maar als de genadetijd voorbij is, zullen de kwaaddoeners geen antwoord krijgen.

Copyright information for DutKingComments