Micah 4:6-7

Verzameld en bijeengebracht

Voordat Israël de heerlijkheden en zegeningen onder de regering van de Messias kan genieten, moet het eerst verzameld worden vanuit de wereldwijde verstrooiing en worden teruggebracht in het eigen land. Dat zal de HEERE ook Zelf doen, zegt Micha.

“Op die dag” duidt dezelfde periode aan als “het laatste der dagen” in Mi 4:1. Het “bijeenbrengen wie verdreven is”, is hetzelfde beeld als in Micha 2 (Mi 2:12-13). Daar betreft het “Jakob … geheel en al”, de beide rijken, en wel op weg naar de rust. Hier gaat het om hen die in de verstrooiing zijn geweest en nu voorgesteld worden als hebben ze de rust bereikt. In beide gevallen – “wie mank gaat” en “wie verdreven is” – gaat het om een rest, een overblijfsel.

Een overblijfsel wordt een machtig volk

De schapen zijn in een slechte toestand. Ze zullen erkennen dat dit het gevolg is van hun zonden en dat de HEERE hen daarvoor heeft moeten straffen. Door deze erkenning zal Hij hen niet verder verdelgen, maar hen stellen tot een overblijfsel. Daarna zal Hij hen in aantal doen toenemen en hen sterk maken (Js 60:22). Hij zal over hen regeren “op de berg Sion”, de berg die spreekt van Gods genade (Hb 12:22). Aan Zijn weldadige regering komt geen einde (Dn 2:44).

Copyright information for DutKingComments