Proverbs 23:28

De wegen van de vader of die van de hoer

Salomo vraagt zijn zoon hem zijn hart te geven. Daarmee bedoelt hij dat zijn zoon de volle aandacht schenkt aan het onderwijs dat hij hem geeft. Daarbij wijst de vader ook op zijn eigen wegen, op zijn handel en wandel, waarmee hij zijn zoon een navolgenswaardig voorbeeld geeft (vgl. 1Ko 4:16; 1Ko 11:1; Fp 3:17; 1Th 1:6). Hij doet nu niet een beroep op zijn oren om te luisteren, maar op zijn ogen om te kijken. Laat hij de wegen van zijn vader voor ogen houden. Hij moet er ook niet alleen naar kijken, maar er met “behagen” naar kijken als iets aantrekkelijks.

In Sp 23:26 heeft de vader zich indringend tot zijn zoon gewend en hem aangespoord zijn wegen voor ogen te houden, hem daarin na te volgen en daarin behagen te scheppen. In Sp 23:27 komt de reden, wat wordt aangegeven door het woord “want”. Zijn dringende oproep hangt samen met de seksuele gevaren die de zoon bedreigen. Als hij zijn hart aan zijn vader geeft en de wegen van zijn vader voor ogen houdt, zal zijn hart niet uitgaan naar “een hoer” of “een vreemde vrouw” en zal hij zijn ogen niet op haar vestigen.

De vader waarschuwt hem voor twee soorten vrouwen. De “hoer” is de prostituee, de vrouw die zichzelf aanbiedt om seksuele onreinheid met haar te begaan. Natuurlijk tegen betaling. De “vreemde vrouw” is de getrouwde vrouw die wel eens wat anders wil. Vandaag bieden beide soorten vrouwen zich ook aan via internet en reclamespotjes.

De vader noemt de hoer “een diepe kuil” en de vreemde vrouw “een nauwe put”. Als de zoon zich met de een inlaat, zal hij diep zinken, en als hij zich met de ander inlaat, zal hij in uiterste benauwdheid komen. Hij zal zich noch uit de kuil noch uit de put kunnen bevrijden. De kuil en de put zijn een voorportaal van de hel. Alleen door Goddelijke tussenkomst in genade en macht zal het mogelijk zijn zich uit de kuil en de put te bevrijden.

Sp 23:28 onderstreept dat de zoon met een gevaar te doen heeft dat niet slechts sluimerend aanwezig is, maar dat daadwerkelijk werkzaam is. Zoals gezegd, biedt de vrouw zichzelf aan. Daarvoor “ligt zij als een rover op de loer”. Het woord “ja” dat hij eraan vooraf laat gaan, geeft extra kracht aan zijn opmerking. Ja, zo is het, en niet anders. In Spreuken 7 heeft de vader de wijze van doen van de hoer en de gevolgen van haar verdorvenheid uitvoerig beschreven (het is goed dat hoofdstuk nog eens te lezen). Hier herhaalt hij dat in het kort.

Iedere man die zij overhaalt om met haar te hoereren, “vermeerdert [het aantal] trouwelozen onder de mensen”. Het betekent dat haar slachtoffers ‘trouweloosheid’ bewijzen aan Gods instelling van het huwelijk en ook trouweloos zijn aan hun eigen huwelijksrelatie. Zij brengt mensen ook tot allerlei andere vormen van trouweloosheid, zoals liegen, stelen, iemand vermoorden, zelfmoord plegen.

Copyright information for DutKingComments