Psalms 146:10

De HEERE regeert voor eeuwig

Na het korte intermezzo over de kromme weg van de goddelozen volgt het slotakkoord van de lofzang: “De HEERE zal voor eeuwig regeren.” Het slotakkoord bezingt de volle vervulling van wat Mozes bij de Schelfzee als profeet zong naar aanleiding van de verlossing. Hij besluit dat lied met de woorden die David hier zingt: “De HEERE zal regeren voor eeuwig en altijd!” (Ex 15:18).

De HEERE bepaalt niet alleen de weg van de goddelozen, maar de hele loop van de geschiedenis. Het is de geschiedenis van Sion. Hij is haar God. Dat was Hij, is Hij en zal Hij zijn, “van generatie op generatie”. Sion blijft voor eeuwig bestaan voor allen die met haar verbonden zijn.

Deze constatering ontlokt een nieuw “halleluja”, waardoor de psalm eindigt zoals hij is begonnen. Er is wel een verschil. In Ps 146:1 spoort de psalmist zichzelf aan om de HEERE te loven. In het laatste vers roept hij iedereen op de HEERE te loven. Dit is de juiste volgorde. Pas als we zelf iets hebben gedaan, kunnen we anderen ertoe oproepen het ook te doen.

Copyright information for DutKingComments