1 Kings 2:28-29

28Als het gerucht tot Joab kwam ( want Joab had zich gewend achter Adonia, hoewel hij zich niet had gewend achter Absalom), zo vluchtte Joab tot de tent des Heeren, en vatte de hoornen des altaars.
 vatte de hoornen des altaars Zie boven, 1Ki 1:50.
29En het werd den koning Salomo aangezegd, dat Joab tot de tent des Heeren gevloden was, en zie, hij is bij het altaar. Toen zond Salomo Benaja, den zoon van Jojada, zeggende: Ga heen, val op hem aan.
 de tent des HEEREN Welke met het altaar, door het bevel Gods in de woestijn gemaakt, Exo 36:1-3, enz., en Exo 38:1, enz., te dezen tijde waren binnen Gibeon, 2Ch 1:3, 2Ch 1:5.
Copyright information for DutSVVA