1 Samuel 2:1
1Toen bad Hanna en zeide: Mijn hart springt van vreugde op in den Heere; mijn hoorn is verhoogd in den Heere; mijn mond is wijd opengedaan over mijn vijanden; want ik verheug mij in Uw heil. ▼▼ in den HEERE; Te weten, dewijl Hij mij deze grote weldaad bewezen heeft, dat Hij mij dezen zoon gegeven heeft.
,
▼
,
▼▼ mijn mond is wijd opengedaan Alsof zij zeide: Nu mij de Heere dezen zoon gegeven heeft, nu durf ik met open mond spreken tegen mijn vijanden, inzonderheid tegen Peninna, haar kinderen en vrienden, die mij mijn onvruchtbaarheid verweten hebben.
,
▼▼ want ik verheug mij Anders, want gij hebt mij verheugd mits uw heil
,
▼▼ in Uw heil Dat is, in de gelukzaligheid, die Gij mij gedaan hebt, o Heere.
Copyright information for
DutSVVA