2 Chronicles 35:13

13En zij kookten het pascha bij het vuur, naar het recht; maar de andere heilige dingen kookten zij in potten, en in ketels, en in pannen; en zij deelden het haastelijk onder al het volk.
 kookten Dat is, zij brandden het aan het vuur, gelijk blijkt uit de tegenstelling, die straks daarbij gevoegd werd, van hetgeen dat in potten, enz. gekookt werd. Want God had geboden dat men het paaslam braden zou, Exo 12:8-9 . Het Hebreeuwse woord wordt ook voor braden genomen Deu 16:7 .
,
 de andere Versta, de stukken en delen der dankoffers, welke dengenen, die dezelve geofferd hadden, toekwamen.
,
 kookten Dat is, zoden.
,
 deelden Hebreeuws, zij deden het lopen tot al de kinderen des volks; dat is, zij deelden een ieder onder het volk, met zonderlinge haast en vaardigheid, zijn deel der offerande uit.
Copyright information for DutSVVA