Genesis 15:17-18

17En het geschiedde, dat de zon onderging en het duister werd, en ziet, daar was een rokende oven en vurige fakkel, die tussen die stukken doorging.
 rokende Hebr. oven des rooks. De verdrukking des Israelietischen volks in Egypte wordt vergeleken bij een ijzeren oven. Deu 4:20; 1Ki 8:51; Jer 11:14.
,
 vurige Hebr. fakkel des vuurs; betekenende Gods tegenwoordigheid en de toekomstige verlossing uit de verdrukking. Zie Jdg 6:21; Isa 62:1; Zec 12:6.
,
 doorging God maakt hier zijn verbond met Abram op een bijzonder solemnele doch zeer vriendelijke wijze, gelijk de ene mens, vriend en bondgenoot, in dien tijd met den ander gewoon was te doen, te weten, door het slachten van beesten, en de verdeling der stukken, waar de bondgenoten midden door gingen, tot een teken, dat de verbreker van het verbond waardig was aldus in stukken gehouwen te worden. Zie Jer 34:18-19.
18Ten zelfden dage maakte de Heere een verbond met Abram, zeggende: Aan uw zaad heb Ik dit land gegeven, van de rivier van Egypte af, tot aan die grote rivier, de rivier Frath:
 maakte de Hebr. sneed, of, hieuw. Een manier van spreken genomen van het slachten der beesten, en de verdeling der stukken, vermeld vs.17.
,
 gegeven, Te weten, door mijn besloten voornemen en verklaarde belofte; boven hoofdstuk Gen 13:15, hoewel de uitvoering nog tot den tijd voornoemd, vs.13, moet uitgesteld worden.
,
 van de Hierdoor wordt verstaan de rivier Sichor, welke Egypte van Kanaän scheidt; Num 34:5; Jos 13:3; 1Ch 13:5. Anderen verstaan hier de rivier Nilus (de Nijl.)
,
 Frath Zie boven Gen 2:14, en de vervulling hiervan 2Sa 8:3, en 1Ki 4:21, 1Ki 9:21; 1Ch 18:3; 2Ch 9:26.
Copyright information for DutSVVA