Genesis 35:5
5En zij reisden heen; en Gods verschrikking was over de steden, die rondom hen waren, zodat zij de zonen van Jakob niet achterna jaagden. ▼▼ Gods verschrikking Dat is, die van God toegezonden en zeer groot was; alzo Exo 23:27; 2Ch 14:14, en 2Ch 17:10. Het woord God wordt somtijds gebruikt om de grootheid en uitnemendheid van enige zaak uit te drukken; zie boven, Gen 13:10. Zonder deze verschrikking zou Jakob met al de zijnen lichtelijk overvallen en vernield geweest zijn, om de daad van Simeon en Levi, te Sichem begaan; boven Gen 34:25.
Copyright information for
DutSVVA