Jeremiah 50:21

21Tegen het land Merathaim, trek tegen hetzelve op, en tegen de inwoners van Pekod; verwoest en verban achter hen, spreekt de Heere, en doe naar alles, wat Ik u geboden heb.
 Tegen het land Gods bevel aan den koning Cyrus, van zijn optocht tegen Babel. Vergelijk Isa 45:1 , enz.
,
  Meratháïm, Dit vertalen velen: land der rebellieën, of rebellen, te weten der Babyloniërs, die wederspannig en bitter tegen God en zijn volk geweest waren. Zie vs.24, 29, of de twee rebellen, te weten Assyriërs en Babyloniërs. Anderen houden het voor een eigennaam van zeker land in Assyrië, waar een zeker volk, Mardi genoemd, gewoond heeft, en verstaande dat God hier den koning Cyrus last en bevel geeft, dat hij door Merathaïm en Pekod zal optrekken, en al wat achter deze landen gelegen was verwoesten.
,
 Pekod; Zie Eze 23:23 , waar aan dit landschap ook gedacht wordt.
,
 verban achter hen, Zie Deu 2:34 , alzo onder vs.26.
Copyright information for DutSVVA