Job 30:29
29Ik ben den draken een broeder geworden, en een metgezel der jonge struisen. ▼▼ Ik ben den draken De zin is dat hij met deze beesten te vergelijken was, ten aanzien van het droevig geschrei, hetwelk hij maakte; want dezen beesten is een ijselijk gehuil toegeschreven; Mic 1:8 . De woorden broeder en metgezel betekenen hier een, die met iets ten zekeren aanzien te vergelijken is. Zie Gen 49:5 , en Pro 18:9 , en de aantekening.
,
▼
Copyright information for
DutSVVA