Psalms 14:4
4Hebben dan alle werkers der ongerechtigheid geen kennis, die mijn volk opeten, alsof zij brood aten? Zij roepen den Heere niet aan. ▼▼ Hebben Anders, weten dan alle werkers der ongerechtigheid niet, die mijn volk opeten, [alsof] zij brood aten, [dat] zij den Heere niet aanroepen? of, [gelijk sommigen] hebben, enz. die mijn volk opeten? zij eten brood [en] roepen den Heere niet aan.
,
▼
,
▼▼ Zij roepen Alsof zij zeide: Daar schort het deze booswichten, dat zij met den Heere niet willen te doen hebben; daarom is hunne straf zeker en gereed, gelijk volgt.
Copyright information for
DutSVVA