Psalms 16:4

4De smarten dergenen, die een anderen God begiftigen, zullen vermenigvuldigd worden; ik zal hun drankofferen van bloed niet offeren, en hun namen op mijn lippen niet nemen.
 anderen Niet den waren enigen God, meer een afgod.
,
 begiftigen, Versta, met een huwelijks gift of bruiloftsgift, en zie van de razernijen dezer geestelijke hoererij Eze 16:31-34 .
,
 hun drankofferen Der afgoden.
,
 offeren Of, uitgieten, uitstorten; gelijk de afgodendienaars gewoon waren te doen in de drankoffers. Van de wettelijke drankoffers, waarin wijn of sterke drank gebruikt werd, zie Exo 29:40 ; Num 15:5 , Num 15:7 , Num 15:10 , en Num 28:7 .
,
 op mijn Dat is, in mijn mond, gelijk Psa 50:16 . Hij wil zeggen dat hij met de afgoderij en wat er aankleeft ganselijk niet wil te doen hebben, dat hij een afgrijzen daarvan heeft. Zie Exo 23:13 .
Copyright information for DutSVVA