Psalms 39:12

12[039:13] Hoor, Heere! mijn gebed, en neem mijn geroep ter ore; zwijg niet tot mijn tranen; want ik ben een vreemdeling bij U, een bijwoner, gelijk al mijn vaders.
 zwijg Of, wees niet doof, houdt U niet of Gij doof waart tot al mijn geween, dat ik met uitstorting van tranen voor U doe.
,
 vreemdeling En dienvolgens heb ik van doen dat Gij mij voorstaat, geleidt en helpt, totdat ik kom in het hemelse Kanaän, waar het burgerschap en het vaderland der gelovigen is. Zie Heb 11:13-16 . Phi 3:20 .
,
 vaders Dat is, voorvaders, voorouders.
Copyright information for DutSVVA