1 Kings 21:8
10) de oudsten Dat is, magistraat, raad en overste der stad. Alzo Deut. 21:2; Richt. 8:14; Ruth 4:2. De 21.2 Jud 8.14 Ru 4.2 11) edelen, Het Hebreeuwse woord betekent eigenlijk witte, door welke men verstaan moet de edele, voornaamste en aanzienlijkste lieden, omdat die gemeenlijk met witte klederen gekleed gingen. Zie de aantekeningen Gen. 41:42; idem Esth. 8:15, en onder, 1 Kon. 21:11. Ge 41.42 Es 8.15 1Ki 21.11 12) zijn stad waren, Alzo onder, 1 Kon. 21:11. Versta Jizrel, welke Naboths stad genoemd wordt [gelijk ook hij zelf een Jizreliet, boven, 1 Kon. 21:1,7], omdat hij daarin woonde, of misschien ook daarin geboren was. Zie dezelfde manier van spreken, Gen. 23:10, en Gen. 24:10, en de aantekeningen daarop. 1Ki 21.11,1,7 Ge 23.10 24.10 13) wonende met Naboth. Dat is, die zijn medeburgers waren.
Copyright information for
DutKant