Esther 3:15

39) door het woord

Dat is, door des konings plakkaat, dat van het ombrengen der Joden op den burg Susan eerst aangeslagen was.

40) zaten en dronken,

Hebreeuws, zaten om te drinken, of drinkende.

41) de stad Susan

Dat is, de inwoners der stad Susan; maar inzonderheid de Joden, die in dezelve woonden, wier goed en bloed daaraan gelegen was. Zie onder, Esth. 8:15.

Es 8.15

42) verward.

Of, perplex, gelijk men nu spreekt.

Esther 4:1

1) wist

Uit de aangeslagen plakkaten des konings; zie Esth. 4:8.

Es 4.8

2) al wat er geschied was,

Te weten, belangende het ombrengen der Joden.

3) een zak aan

Dat is, een treurkleed, hetwelk hij met as bestrooide. Zie Joz. 7:6.

Jos 7.6

4) der stad,

Te weten, Susan.

Esther 4:16

42) vast voor mij,

Zij wil zeggen: In uw vasten en bidden zult gij mijner bij God gedenken, dat Hij zijn zegen wil geven tot de voorbede, die ik den koning doen zal.

43) in drie dagen,

Dit vasten heeft maar geduurd twee nachten, een vollen dag en twee delen van dagen. Want ten derden dage is Esther tot den koning gegaan, Esth. 5:1. Zie dergelijke manier van spreken Matth. 12:40, van het verblijf van Jona in den buik van den walvis, en van Christus in het graf.

Es 5.1 Mt 12.40

44) naar de wet is.

Van welke boven, Esth. 4:11, gesproken wordt.

Es 4.11

45) Wanneer ik dan omkome,

Het is zoveel alsof Esther zeide: Ik ben gewillig mijn leven in gevaar des doods voor mijn volk te stellen, en te verwachten wat God geven zal. Dusdanige manier van spreken gebruikt ook Jakob, Gen. 43:14; zie de aantekening aldaar.

Ge 43.14
Copyright information for DutKant