Genesis 35:16

27) een kleine

Anders, omtrent een voedering, of pleistering lands; dat is, zoveel land als men reist eer men pleistert, een mijl van den weg. Zie Gen. 48:7; 2 Kon. 5:19.

Ge 48.7 2Ki 5.19

28) Efrath

Dit is de naam van een stad, die gewoonlijk Bethlehem genoemd wordt. Zie deze beide namen onder, Gen. 35:19; Micha 5:1.

Ge 35.19 Mic 5.2

Genesis 35:19-20

34) Efrath,

Deze naam schijnt Bethlehem gegeven te zijn door Kalebs huisvrouw, zie 1 Kron. 2:19,24; en daarmede wordt ook dit Bethlehem, gelegen in den stam van Juda, [Micha 5:1; Matth. 2:6], onderscheiden van een ander Bethlehem, gelegen in den stam van Zebulon; Joz. 19:15.

1Ch 2.19,24 Mic 5.2 Mt 2.6 Jos 19.15

35) Bethlehem.

Bethlehem betekent een huis des broods.

36) tot op dezen

Te weten, ten tijde toen Mozes dit schreef; ja het bestond nog ten tijde van Samuel en Saul; 1 Sam. 10:2. Omtrent den kindermoord, dien Herodes hieromtrent heeft laten plegen, ten tijde van Christus' geboorte, zie Jer. 31:15; Matth. 2:16,17.

1Sa 10.2 Jer 31.15 Mt 2.16,17

Joshua 18:21

Joshua 18:25

1 Samuel 1:1

1) Ramathaim

Dit woord staat in het Hebreeuws in het getal van twee alsof men zeide tweevoudig Rama, omdat deze stad [zoals men meent] in twee‰n is verdeeld geweest. Zij wordt Matth. 27:57 genoemd Arimathea.

Mt 27.57

2) zofim,

Dat is, de Zofieten, of der inwoners van het land Zuf, waarvan gesproken wordt onder, 1 Sam. 9:5.

1Sa 9.5

3) Efraim,

Hiermede wordt deze stad onderscheiden van Rama in Benjamin, en van Rama in den stam Nafthali, en andere steden meer, die Rama genoemd worden.

4) Efrathiet.

Anders, een Efra‹miet, gelijk Richt. 12:5. Dat is, van een die in het land van Efra‹m geboren is, doch van afkomst was hij uit den stam van Levi; 1 Kron. 6:27.

Jud 12.5 1Ch 6.27

1 Samuel 1:19

40) aanbaden

Zie Gen. 24:26; alzo onder, 1 Sam. 1:28.

Ge 24.26 1Sa 1.28

41) te Rama.

1 Sam. 1:1, te Ramatha‹m.

1Sa 1.1

42) bekende

Dat is, besliep, gelijk Gen. 4:1.

Ge 4.1

43) gedacht aan haar.

Dat is, Hij liet met de daad blijken dat Hij haar gebed verhoord had.

1 Samuel 8:4

1 Samuel 10:2

5) graf van Rachel,

Dit graf was bij Bethlehem Juda, gelijk te zien is Gen. 35:19,20, doch strekte die landpale aldaar aan de landpale van den stam Benjamins.

Ge 35.19,20

6) Zelzah;

Dit is de naam van een plaats, die nergens meer dan hier gevonden wordt, en betekent zoveel als een schone schaduw.

1 Samuel 17:17

18) toch voor uw broeders

Anders, nu.

19) een efa

Zie van deze maat Exod. 16:36.

Ex 16.36

1 Samuel 25:1

1) David maakte zich op,

Zolang Samuel leefde heeft David troost en raad bij hem gezocht, daarom bleef hij zo nabij hem als hij kon of mocht. Maar als nu Samuel gestorven was, zo vertrok David naar de woestijn Paran, welke gelegen is aan de zuidzijde van het land Kana„n. Zie van Paran de aantekeningen Gen. 14:6.

Ge 14.6
Copyright information for DutKant