Jeremiah 46:4

7) Spant de paarden aan en klimt op,

Te weten, aan de wagens, van dewelke de wagenruiters te dien tijde plachten te vechten; zie 2 Sam. 10:18. Hebreeuws, bindt. Vergelijk Gen. 46:29, en Exod. 14:6; 1 Kon. 18:44, enz. alwaar hetzelfde Hebreeuwse woord gebruikt wordt. Anders: zadelt de paarden.

2Sa 10.18 Ge 46.29 Ex 14.6 1Ki 18.44

Jeremiah 51:12

34) lagen;

Of, lagenleggers, loerder, die op den vijand mogen passen, en dien onvoorziens een voordeel afzien (gelijk men zeg): het zal altemaal niet helpen, wil de Heere zeggen, want gij zult met al uwe krijgsmaatregelen Gods voornemen en werk niet kunnen beletten.

35) voorgenomen,

Hebreeuws, ook heeft de HEERE gedacht, of voorgenomen, ook heeft Hij gedaan, enz.; dat is, gelijk, alzo, enz.; of, Hij heeft het niet alleen voorgenomen, maar ook gedaan; dat is, zal het ook gewisselijk doen. Vergelijk onder Jer. 51:49.

Jer 51.49
Copyright information for DutKant