Joshua 21

1) hoofden der vaderen

Dat is, oversten over de geslachten der Levieten, welke drie waren, te weten: de Kahathieten, Gersonieten en Merarieten.

2) te Silo,

Alwaar opgericht was de ark des verbonds en de tent der samenkomst.

3) door den dienst

Hebreeuws, door de hand van Mozes. Alzo ook Joz. 21:8.

Jos 21.8
4) dertien steden.

Van welke breder gesproken wordt onder, Joz. 21:11, enz.

Jos 21.11
5) tien steden.

Zie hiervan breder onder, Joz. 21:20.

Jos 21.20
6) dertien steden.

Waarvan breder gesproken wordt onder, Joz. 21:27, enz.

Jos 21.27
7) twaalf steden.

Van deze twaalf steden zie onder, Joz. 21:34, enz.

Jos 21.34
8) door den dienst

Hebreeuws, door de hand van Mozes; gelijk boven, Joz. 21:2.

Jos 21.2
9) Anok

Anders, Enak; Joz. 15:13.

Jos 15.13

10) voorsteden

Dat is, akkers en weiden, die dicht voor de steden lagen.

11) het veld

Te weten, 2000 ellen ver van de stad; zie Num. 35:5.

Nu 35.5

12) gaven zij aan Kaleb,

Zie boven, Joz. 14:14.

Jos 14.14
13) Alzo

In het naamregister dezer hieronder genoemde steden en het register derzelve, 1 Kron. 6:57, vindt men somtijds enig verschil in sommige namen der steden. Dit komt daardoor, dat sommige namen der steden door langheid van tijden veranderd zijn; ook zijn er enige steden, die meer dan een naam gehad hebben.

1Ch 6.57

14) Libna

Zie Joz. 10:29.

Jos 10.29
15) Beth-semes

Zie van deze stad 2 Kon. 14:11.

2Ki 14.11
16) Anathoth

Hier is de profeet Jeremia geboren; Jer. 1:1.

Jer 1.1

17) Almon

Deze stad wordt ook genoemd Allemeth; beide betekent het jongheid. Zij wordt ook 2 Sam. 3:16 genoemd Bachurim, hetwelk hetzelfde betekent.

2Sa 3.16
18) Gezer

Zie Richt. 1:29.

Jud 1.29
19) waren

De stam van Levi was de kleinste onder al de stammen der Isra‰lieten, want in dezen zijn maar geteld drie en twintig duizend mannen, Num. 26:62. Hoe komt het dan, dat andere stammen, die nog meer dan dubbel zo groot van mensen waren, maar 12, of 16, of 19, of 20 steden gehad hebben, en de stam van Levi 48 steden? Het antwoord is dit: dat niet al de steden der andere stammen genoemd worden; maar al de steden der Levieten worden genoemd. Ten anderen, zo mochten de Levieten nergens dan in steden wonen, maar wel de andere stammen; derhalve behoefden de Levieten meer steden dan de andere stammen.

Nu 26.62
20) elk met

Hebreeuws, stad stad.

21) Isra‰l

Dat is, den kinderen Isra‰ls.

22) er bestond

Dat is, niemand kon de kinderen Isra‰ls tegenstand doen of beschadigen.

Copyright information for DutKant