Judges 8:2

3) gelijk gijlieden;

Dat is, hetwelk met uw daad te vergelijken is.

4) nalezingen van Efraim

Hij verstaat het vervolgen des vluchtenden heirlegers van de Midianieten en het vangen der twee vorsten; dit vergelijkt hij met het nalezen der druiven, die in den wijnoogst overgelaten zijn, en zijn eigen doen bij den wijnoogst zelf.

5) Abi-ezer?

Dat is, het ganse werk van mij en mijn huis. Want hij was een Abi‰zriet. Zie boven, Richt. 6:11.

Jud 6.11

Judges 20:45

88) Rimmon;

Een stad op een rots gelegen, tussen Bethel en Gibea, aan de zuidelijke grenzen van Benjamin.

89) zij deden een nalezing onder hen

Hebreeuws, zij lazen hem [Benjamin] na op de straten; dat is, zij sloegen hen hier en daar bij partijen, gelijk men de overgebleven druiven in den wijnoogst naleest, en op het laatste afsnijdt, opdat er niets overblijve; zie boven, Richt. 8:2.

Jud 8.2

90) kleefden zij hen achteraan

Dat is, zij vervolgden hen al straks op de hielen, zonder hun enige rust of uitvlucht toe te laten.

2 Kings 24:15-16

34) ten oorlog

Hebreeuws, den oorlog deden; dat is, die den krijg volgden. Zie 1 Kon. 12:21.

1Ki 12.21

2 Kings 25:11-12

16) armsten des lands

Hebreeuws, van de dunheid des lands; zie boven, 2 Kon. 24:14.

2Ki 24.14

Jeremiah 52:28-30

22) weggevoerd;

Versta, op verscheidene tijden, gelijk het volgende uitwijst; vergelijk boven Jer. 6:9.

Jer 6.9
23) hij gevankelijk weg

Of, men voerde, enz.

24) zielen uit Jeruzalem;

Dat is, personen; zie Gen. 12:5.

Ge 12.5
Copyright information for DutKant