Numbers 18:8

13) hefofferen,

Zie boven, Num. 5:9.

Nu 5.9

14) heilige dingen

Hebreeuws, heiligheden. Zie Lev. 5:15.

Le 5.15

15) om der zalving wil,

Dat is, omdat gij tot dit heilig ambt gezalfd zijt. Zie Lev. 8:12, enz.

Le 8.12

16) eeuwige inzetting.

Tot de komst van den Messias. Zie Gen. 13:15, en Gen. 17:7.

Ge 13.15 17.7

Numbers 18:20

35) deel en erfenis,

Vergelijk Deut. 10:9.

De 10.9

Numbers 18:24

Deuteronomy 10:9

12) Levi

Dat is, de stam van Levi, of de Levieten.

13) de HEERE is zijn Erfdeel,

Dat is, hetgeen de HEERE van de andere stammen geofferd wordt, daarvan zullen zij leven, volgens des Heeren ordinantie daarvan gegeven. Zie Num. 18:20,21,22,23, enz.

Nu 18.20,21,22,23

Deuteronomy 12:12

18) geen deel noch erve met ulieden.

Zie boven, Deut. 10:9.

De 10.9

Deuteronomy 14:27

15) geen deel noch erve met u.

Zie boven, Deut. 10:9.

De 10.9

Deuteronomy 18:1-2

1) de vuuroffers des HEEREN

Zie Lev. 1:9.

Le 1.9
2) hij geen erfdeel hebben

Te weten, de Leviet.

3) de HEERE is zijn Erfdeel,

Zie Num. 18:20; boven, Deut. 10:9.

Nu 18.20 De 10.9

Deuteronomy 26:12

6) zult geeindigd hebben

Dat is, alle tienden bijeen zult gebracht hebben. Zie van de tienden Lev. 27:30.

Le 27.30

7) poorten eten

Dat is, steden of plaatsen uwer woning.

Matthew 10:10

14) twee rokken,

Dat is, geen klederen dan die zij zouden aanhebben.

Copyright information for DutKant