Song of Solomon 5:3

16) Ik heb mijn rok

Dit antwoordt de Bruid haren Bruidegom, weigerende op te staan om Hem in te laten, toen Hij aanklopte. Door het uittrekken des roks en het liggen in het bed kan men hier verstaan het gemak dezer wereld, welke ook somtijds de ware gelovige kinderen Gods verhindert en ophoudt, dat zij Christus en zijn Woord zo straks niet openlijk of vrijmoediglijk belijden, gelijk Hij aanklopt en zijne genade haar aanbiedt, vrezende het ongemak, dat daarmede vermengd is.

17) hoe zal ik hem

Alsof zij zeide: Ik kan hem niet aantrekken zonder moeite.

18) Ik heb mijn voeten

Dit is nog een argument, aanwijzende dat de Bruid zich tot rust en gemak begeven had; want in die hete landen, waar zij gemeenlijk barrevoets gingen, plachten zij des avonds, als zij op hunne rust gingen, hunne voeten te wassen. Hetwelk de Bruid gedaan hebbende, zo wilde zij [gelijk zij hier zegt] niet gaarne van het bed opstaan om haren Bruidegom in te laten, vrezende dezelve vuil te maken. Van zulke onnutte uitvluchten, zie Luk. 14:18, enz.

Lu 14.18

Jeremiah 4:19

53) O mijn

Dit zijn de woorden van den profeet, die zich voor den Heere ontstelt, alsof hij deze ellende voor ogen zag. Vergelijk Jes. 15:5, en Jes. 16:11, en Jes. 21:3.

Isa 15.5 16.11 21.3

54) wanden

Of, [in] de wanden mijns harten; dat is in mijn hartklok, hartedeksel, in het binnenste, in mijn hart.

55) zwijgen;

Of, stil zijn.

Jeremiah 31:20

70) Is [niet] Efraim Mij een dierbare zoon,

Hij is het zekerlijk, wil God zegge; hoewel Ik hem kastijd, want enz.

71) troetelkind?

Hebreeuws, een kind der vermakingen, of vermakelijkheden, pleisieren. Vergelijk Jes. 66:12.

Isa 66.12

72) tegen hem gesproken heb,

Anders: van hem.

73) ernstelijk aan hem;

Hebreeuws, gedenkende zal Ik zijner gedenken.

74) rommelt Mijn ingewand over hem;

Dat is, Ik ben innerlijk over hem bewogen. Zie Jes. 63:15.

Isa 63.15

75) zekerlijk ontfermen,

Hebreeuws, ontfermende ontfermen.

Copyright information for DutKant