1 Kings 1:41-53

Adonia wordt ingelicht

Het hele gebeuren met Salomo vindt plaats tijdens de maaltijd die Adonia heeft aangericht tot zijn eigen eer. Het gezelschap is klaar met de maaltijd en staat op het punt Adonia tot koning uit te roepen als het geoefende oor van Joab het geluid van de bazuin onderscheidt. Terwijl hij daarover een opmerking maakt, komt Jonathan binnen. Adonia is zich nog van geen kwaad bewust. Hij ziet in de komst van Jonathan zelfs een goed voorteken.

Jonathan is nog steeds een boodschapper, zoals hij acht of negen jaar eerder ook was (2Sm 15:27; 2Sm 17:17). Hij komt met de boodschap van het koningschap van Salomo bij Adonia en zijn gezelschap. Hij vermeldt hoe dat in zijn werk is gegaan. Het lijkt erop dat hij dat enthousiast doet, eerder dan met schrik.

Jonathan getuigt van de keus van David en wat David heeft geregeld om Salomo koning te maken. De getrouwen hebben Salomo op het muildier van David laten plaatsnemen. Zadok en Nathan hebben hem gezalfd en hem met gejuich naar de stad gevoerd. Daar heeft Salomo op de koninklijke troon plaatsgenomen. Alle dienaren van David hebben daarmee ingestemd. Evenals Benaja hebben zij als wens uitgesproken dat God Salomo’s naam groter zal maken dan die van David en zijn troon verhevener dan Davids troon. Ten slotte vertelt Jonathan ook iets wat we niet eerder hebben gelezen, namelijk dat David zich op het rustbed in aanbidding heeft neergebogen (1Kn 1:47; vgl. Gn 47:31b).

Het hele handelen met Salomo en zijn plaatsnemen op de troon is volkomen naar de gedachten van David. Hij prijst God om wat zijn ogen zien. Hij lijkt op Simeon die ook de behoudenis van de HEERE met zijn ogen heeft gezien (Lk 2:29-30). Mogelijk zegt David bij deze gelegenheid ook wat we lezen in 1 Kronieken 29 (1Kr 29:10-19). Als toepassing kunnen we nog opmerken dat het voor Godvrezende ouders een grote voldoening is om bij hun heengaan te kunnen zien dat hun kinderen God en Zijn volk dienen.

De triomf van de goddelozen is van korte duur (Jb 20:4-5). De boodschap van Jonathan veroorzaakt enorme schrik. Het gezelschap van Adonia slaat op de vlucht. Dit is de schrik die allen zal bevangen als ze met ontsteltenis vernemen dat Gods Gezalfde terugkeert met macht en majesteit. Dat zal gebeuren op het moment dat de mensen feestvieren over behaalde resultaten, die zij menen te hebben geboekt in hun streven alles naar hun hand te zetten met uitsluiting van God (Ps 2:1-3; 1Th 5:3).

Salomo spaart Adonia

Adonia en zijn gezelschap vluchten weg. Ze denken er niet aan om tegenstand te bieden. De gasten van Adonia gaan zo snel en zo ver mogelijk weg, uit de buurt van Adonia. Wat eerst een garantie voor voordeel leek op te leveren is tot een levensgevaarlijke plaats geworden. Nu te worden gevonden in gezelschap van Adonia staat gelijk aan zelfmoord.

Adonia zelf vlucht naar het altaar. Er wordt niet vermeld waar het staat. Daar zoekt hij bescherming door de horens van het altaar vast te grijpen (Ex 21:13-14). De horens symboliseren kracht en macht. Het grijpen van de horens van het altaar betekent het zoeken van bescherming op de plaats waar behoudenis en leven van uitgaat. Door het grijpen van de horens plaatst de misdadiger zich onder de reddende en helpende genade van God, Die de zonde uitdelgt en daardoor de bestraffing wegneemt.

Voor het eerst en wel drie keer wordt er in deze verzen gesproken over “koning Salomo”. Salomo spreekt als koning recht over Adonia en laat hem halen. Adonia erkent hem gedwongen als koning. Wij erkennen de Heer Jezus vrijwillig als Heer.

Salomo schenkt hem niet alleen het leven, maar ook zijn bezit. Hij mag vrij naar zijn huis gaan. Salomo verbindt er ook een voorwaarde aan. Adonia zal in leven blijven, zolang hij niets doet wat het vertrouwen dat hij krijgt, beschaamt. Zodra hij iets doet wat verkeerd is, zal hij worden gedood. In zijn eerste regeringsdaad betoont Salomo genade en eist hij gerechtigheid. Zo zal het ook zijn als de Heer Jezus regeert (Ps 101:8).

Copyright information for DutKingComments